28 jul Invorderingsbeleid fiscus bij WHOA-procedures
Invorderingsbeleid fiscus bij WHOA-procedures
28 juli 2021
Bij het beschrijven van de route uit de coronacrisis heeft het kabinet aangegeven, voor het laatst eind mei, te streven naar een nieuw beleid voor de herstructurering van onhoudbare schulden bij levensvatbare bedrijven. Een WHOA-procedure past hierbij. Sinds 1 juli jl. heeft de Belastingdienst zijn invorderingsbeleid rondom WHOA-procedures gepubliceerd in de gewijzigde Leidraad Invordering 2008. Hoe zit het met schulden aan de Belastingdienst voor ondernemers in zwaar weer die een WHOA-procedure doorlopen?
Het kabinet streeft naar een nieuw beleid voor herstructurering van onhoudbare schulden bij levensvatbare bedrijven. Hierbij wordt gedacht aan invorderingsmaatregelen die aansluiten bij de toekomstige aflossingscapaciteit van de onderneming in plaats van de bestaande vermogenspositie, het opgeven van preferenties en zekerheden, waaronder de mogelijkheid om de lasten van oninbaarheid gelijk over alle schuldeisers te verdelen en meer ruimte voor maatwerk. Een herstructurering via een WHOA-procedure geeft invulling aan deze uitgangspunten en bevat checks-and-balances om de goede behartiging van belangen van schuldeisers, waaronder vaak de Belastingdienst, te waarborgen. Sinds 1 juli jl. heeft de Belastingdienst zijn invorderingsbeleid rondom WHOA-procedures gepubliceerd in de gewijzigde Leidraad Invordering 2008.
Voorwaarden instemming akkoord schuldverlichting
De Belastingdienst kan instemmen met een schriftelijk aangeboden akkoord voor schuldverlichting, als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- het akkoord voldoet aan de eisen die de wet stelt aan het WHOA-akkoord;
- de Belastingdienst is ingedeeld in een klasse waarin zijn wettelijke preferentie voldoende tot uiting komt;
- het is aannemelijk dat het aangeboden akkoord door de rechtbank zou worden gehomologeerd.
In beginsel nog steeds het dubbele percentage
In beginsel stemt de Belastingdienst (nog steeds) alleen in met een saneringsakkoord, als alle schuldeisers meedoen en de Belastingdienst het dubbele percentage ontvangt ten opzichte van het percentage dat concurrente schuldeisers bij het akkoord zullen ontvangen. Dit uitgangspunt blijft gelden. Echter, de Leidraad Invordering 2008 geeft nu aan dat de Belastingdienst van dit uitgangspunt kan afwijken.
De wettelijke bepaling in de WHOA-regeling dat kleine concurrente schuldeisers ten minste 20% van de vordering moeten ontvangen, kan er daarom toe leiden dat de Belastingdienst instemt met een akkoord, terwijl hij niet het dubbele percentage betaald krijgt. Ook wanneer het akkoord niet ziet op alle schuldeisers, wanneer er nog een redelijke mogelijkheid is om een derde aansprakelijk te stellen voor de (vrij te vallen) schulden of wanneer sommige schuldeisers voldaan worden in de vorm van aandelen, kan de Belastingdienst nu instemmen met een akkoord. De Belastingdienst zal niet instemmen met een voorstel waarbij hij zelf (deels) in aandelen wordt betaald.
Technische uitwerking
De technische uitwerking van een bereikt akkoord is als volgt. De Belastingdienst verleent kwijtschelding voor het deel van de belastingschuld dat onbetaald blijft, nadat hij het bedrag dat hem op grond van het akkoord toekomt, heeft ontvangen. De Belastingdienst kan voor belastingaanslagen, waarvoor derden in redelijkheid aansprakelijk kunnen worden gesteld, toezeggen dat daarvoor ten aanzien van de belastingschuldige geen verdere invorderingsmaatregelen worden genomen in plaats van kwijtschelding te verlenen. De Belastingdienst behoudt zich in dat geval dus het recht voor om derden aansprakelijk te stellen voor de betreffende belastingaanslagen.
Wanneer de Belastingdienst niet heeft ingestemd met een akkoord dat vervolgens wél door de rechter wordt gehomologeerd, verleent hij voor het “vrijgevallen deel” van de belastingaanslagen geen kwijtschelding maar worden geen verdere invorderingsmaatregelen genomen. De Belastingdienst is van mening dat deze “restantvorderingen” zijn aan te merken als natuurlijke verbintenissen. Belastingteruggaven die worden vastgesteld na homologatie van het akkoord maar materieel betrekking hebben op een periode vóór de homologatie, zal de ontvanger verrekenen met deze “restantvorderingen”.
Meer weten?
Wilt u meer weten over het invorderingsbeleid van de fiscus of wilt u weten of de WHOA een oplossing is voor uw onderneming? Neem dan contact op met onze WHOA-experts.
Geschreven door drs. Frank Driessen RA, bedrijfseconomisch recovery adviseur en forensic accountant.
Frank is telefonisch bereikbaar op +31 (0)40 240 9438 en per e-mail via fdriessen@joanknecht.nl.